Marleen Stikker in de Metselaarsgildekamer
Jasper Juinen BY

'Technologie is geen rocket science'

Door: Nick Kivits

Het internet is in een kwart eeuw tijd veranderd van experimentele speeltuin tot een business waar het maar om één ding draait: world domination. Marleen Stikker, directeur van de Waag en een van de eerste Nederlandse internetpioniers, betreurt dat. 'We kunnen niet alles op zijn beloop laten.'

Dit interview is overgenomen uit Het Financieele Dagblad van 13 mei 201

Van de broodjes warme kip en kommen tomatensoep die bij restaurant In de Waag op de Amsterdamse Nieuwmarkt worden uitgeserveerd valt op de tweede verdieping niets te ruiken. In plaats daarvan voeren de geur van brandend hout en smeltend plastic de boventoon op de burelen van de Waag, een van de belangrijkste kraamkamers van innovatie in Nederland. Creatieven zetten in de kamers van de in 1488 gebouwde toegangspoort tot het middeleeuwse Amsterdam hun ideeën om in prototypes. Ze doen dat zelf, met hun eigen handen.

Dat 'zelf doen' typeert niet alleen het in 1994 opgerichte culturele research- en innovatiecentrum in De Waag, maar ook medeoprichter Marleen Stikker (1962). Onstuitbaar nieuwsgierig is ze. Dankzij die drive naar nieuwe dingen werd ze in de jaren negentig een van de grootste internetpioniers van ons land. Ze was medeoprichter van De Digitale Stad, de eerste publieke internetprovider van Nederland en is al 23 jaar directeur van de Waag, dat een eindeloze stroom aan digitale experimenten op gang heeft gebracht en brengt. Maar dat onbezonnen internet waar Stikker – van huis uit filosoof – een kwart eeuw geleden voor het eerst voet aan wal zette, is in haar ogen kapot. De vrijhaven die internet eens was, is het nu allang niet meer.

In 1993 heb jij jezelf geleerd het internet te doorgronden. Eindeloos staarde je naar knipperende blokjes op groene schermen. Wat trok je aan in dat toen nog onbekende internet?

'Het idee van een open wereld waar je zelf aan kon bouwen, als een nieuw stuk land waar je zelf de regels kunt bepalen. Ik had het gevoel dat dat heel veel mogelijkheden bood en wilde daarmee experimenteren. Er waren toen nog maar weinig mensen in mijn omgeving die snapten hoe internet werkte. Als ik in die tijd over TCP/IP-protocollen begon, had niemand hier interesse in. Het praten over de karakteristieken van internet is nu veel normaler. Het internet is daardoor bij het grote publiek al deels ontmaskerd. Maar nog lang niet helemaal.'

Een jaar nadat de 31-jarige Stikker zichzelf in 1993 wegwijs had gemaakt op het web stond ze aan de wieg van de Waag (dat tot 1996 Maatschappij voor Oude en Nieuwe Media was genaamd) als De Digitale Stad (DDS), de eerste Nederlandse internetprovider die gebruikers gratis toegang gaf tot het web. Datzelfde internet, dat door Stikker en haar kompanen ooit naar de gewone man wilden brengen, heeft volgens de Waag-directeur bijna een kwart eeuw later eigenschappen gekregen waar je minder blij van wordt.

Samen met een groeiend leger aan techkenners ben je van mening dat het internet van nu kapot is. Wat is er zo kapot aan?

'Overheden en geheime diensten misbruiken het web om burgers af te tappen. Daarnaast is het grootste deel van het internet in handen van bedrijven zoals Google en Facebook, die het verhandelen van data als belangrijkste verdienmodel hebben. Er zijn een heleboel toepassingen die mensen graag gebruiken, maar die problemen bieden. Bij diensten als Google en Facebook ben je als gebruiker helemaal vogelvrij.'

Zijn we ons van dat laatste niet inmiddels allang bewust?

'Gelukkig zien steeds meer mensen dat er consequenties zijn verbonden aan het weggeven van data, zelfs als het hele privacy-vraagstuk ze geen moer interesseert. Ze zien dat ze bijvoorbeeld meer of minder betalen voor een ticket en dat de Verenigde Staten toegang willen tot hun sociale media voordat ze het land in mogen. Het gebruik van alternatieven als zoekmachine DuckDuckGo en berichtendienst Signal groeit en je ziet dat er steeds meer bedrijven bijkomen die niet data maar dienstverlening als businessmodel hebben. En er zijn ook steeds meer mensen die hun weg tot die diensten weten te vinden. Ik denk wel dat we nog maar aan het begin staan van die ontwikkeling. Wat bewustwording betreft is er een begin, maar we zijn er nog lang niet.'

Je wilt mensen met de Waag bewust maken van 'de achterkant' van technologie. Met projecten als Cryptokids wil je mensen leren welke rollen verschillende partijen spelen. Waarom?

'Het draait om terugvorderen van kennis over de gewone producten die we hebben. Weten waar een product vandaan komt. Waar is die smartphone van je van gemaakt? En onder welke omstandigheden? Worden er conflictmaterialen in gebruikt? Als je jezelf die vraag stelt kun je ook kritischer zijn en kun je na gaan denken over het maken van een smartphone die fair is. Wij deden dat in 2013 met FairPhone, een toestel dat gemaakt is zonder personen of het milieu te beschadigen. Inmiddels is dat een zelfstandig bedrijf. Ik wil dat mensen hun morele kompas gebruiken in de keuze voor technologie.'

Waag stimuleert nieuwe ontwikkelingen. Maar tegelijkertijd stelt de persoon Marleen Stikker vaak vraagtekens bij de manier waarop technologie ons leven beïnvloedt. Is die dubbelrol niet lastig?

Lachend: 'Ik ben vaak degene die het feestje komt bederven. Bij bijeenkomsten over zelfrijdende auto's kom ik zeuren dat je die auto's niet zomaar mag toelaten in de publieke ruimte als niemand kan zien welke overwegingen ze maken. Daar wordt wel eens over gezucht, maar het is toch te gek voor woorden dat we onze publieke ruimte gaan aanpassen voor grote bedrijven als Google? Voordat zelfrijdende auto's hier de weg op mogen, moeten de makers ervan eerst de autoriteiten mee laten kijken onder de motorkap.'

Druist 'de autoriteiten laten meekijken' niet in tegen het idee van de vrijhaven die het web van origine was?

'Die vrijhaven is het allang niet meer. We kunnen niet alles op zijn beloop laten. Heel veel platformen die vanuit Silicon Valley naar ons toe komen hebben bijvoorbeeld een monopoliepositie. Bedrijven als Uber lijken misschien sympathiek, maar richten zich op world domination. Als nieuwe speler kun je niet opboksen tegen het kapitaal dat zulke bedrijven hebben. Toch zie je onze mededingingsautoriteit niet bij Uber aankloppen. Dat vind ik gek. Laten we in godsnaam onze normale regels op economisch verkeer ook eens gaan toepassen op het internet.'

Airbnb is nog zo'n voorbeeld. Het succes van die dienst leidt tot een niet-controleerbare stroom aan toeristen naar grote steden, die voor overlast zorgen in woonwijken.

'Daarom zijn we gaan nadenken over een alternatief. We ondersteunen FairBnB, een project waarbij wordt gezocht naar manieren waarop huurders toegevoegde waarde hebben voor de buurt. Niemand is tegen sharen, zoals je bij Uber en Airbnb doet. Maar laat de benefits dan ook belanden op de plek waar het geld vandaan komt.'

Wat maakt Nederland nu zo'n goede plek voor een innovatiecentrum als Waag?

'Nederlanders zijn erg vrijgevochten. Daarom hebben we hier een unieke hackercultuur en een sterke doe-het-zelf-houding. De punten die wij belangrijk vinden ben je daardoor in de loop der jaren op steeds meer plekken gaan zien. Anderzijds geldt wel dat het in ons land steeds lastiger is om projecten op het spannende snijvlak van kunst en technologie gefinancierd te krijgen. Daar was in het begin van de jaren negentig, toen de Waag begon, veel meer support voor. Het klimaat voor innovatie is op dat vlak dus minder gunstig geworden.'

Toch blijft Waag zich op nieuwe vormen van technologie storten. Van neuro- en nanotechnologie tot biotechologie.

'En in de toekomst mogelijk ook quantumtechnologie. Dankzij Europese samenwerkingen kunnen wij blijven doen wat we doen. Als we een onderwerp zien dat onze interesse wekt, dan duiken we erin. De enige manier waarop ik die drang kan verklaren is dat we niet aan de kant willen gaan staan roepen over iets waar we zelf niet vaardig in zijn. Wil je iets kunnen zeggen over biotech, dan wil je eerst weten wat genetisch gemodificeerde organismen zijn. Dat heb ik altijd gehad. Ik wil weten hoe iets werkt voordat ik mijn mond erover open doe.'

Waar komt dat idee dat technologie zo moeilijk is toch vandaan?

'Onwetendheid. We hebben er eeuwen over gedaan om onszelf te verlichten en allerlei goden te ontmaskeren door te kijken hoe de wereld in elkaar zit. Maar met technologie zijn we compleet de andere kant op gegaan. We hebben een soort godentaal gecreëerd voor priesters die bovenin de piramide zweven. Zij weten hoe het in elkaar steekt en de rest hoéft het niet te weten. Het gevoel is ontstaan dat je niet hoeft te weten hoe die iPhone werkt, als hij maar werkt: “accepteer nou maar dat je er geen flikker van snapt.” Onbegrijpelijk. Technologie is geen rocket science. En het is ook niet per se béta. Ik zie dagelijks mensen die zich technologie op een andere manier eigen maken. Doordat ze iets aan het maken zijn.'

Jouw doel is technologie ontraadselen. Je wilt laten zien dat het allemaal niet zo ingewikkeld is?

'Daarom ben ik ook zo'n voorstander van invent to learn. In plaats van in boeken lezen hoe iets werkt het gewoon gaan uitproberen. Helaas gebeurt dat op scholen nog veel te weinig. Daarom zijn we samen met de Openbare Bibliotheek Amsterdam en Pakhuis De Zwijger het project Amsterdam 021 gestart. Sinds februari rusten we bibliotheken in de hoofdstad uit met 'maakplaatsen', plekken waar kinderen spelenderwijs kennismaken met nieuwe technologieën en die gebruiken om eigen projecten in elkaar te sleutelen. Bibliotheken zijn daar de ideale plek voor. Het waren eerst plaatsen waar kennis werd uitgeleend in de vorm van boeken. Nu worden het steeds meer plekken waar je aan je vaardigheden kunt werken en waar je nieuwe dingen kunt ontdekken.'

Published

Author