Plenaire zaal Tweede Kamer
Tweede Kamer/Rijksoverheid via tweedekamer.nl ©

Waag: reactie op het coalitieakkoord van Rutte-IV

Afgelopen week sloten CDA, D66, VVD en ChristenUnie een nieuw regeerakkoord. Waag is verheugd dat digitalisering eindelijk met naam en toenaam wordt genoemd in dit coalitieakkoord. Dit is een stap in de goede richting. Nu is het zaak om dit door te zetten naar een vertegenwoordiging voor Digitale Zaken op ministerieel niveau.

De volgende zaken verdienen volgens ons extra aandacht:

Minister van Digitale Zaken

Nu in de volgende fase naar de ‘poppetjes’ wordt gekeken, is een bewindspersoon voor de digitale dossiers op ministerieel niveau onmisbaar. Essentieel hierbij is dat deze persoon het bredere perspectief van digitalisering vanuit maatschappelijk belang kan vertegenwoordigen. Dit in aanvulling op het economisch perspectief, wat vandaag de dag al teveel centraal heeft gestaan bij afwegingen rondom digitale dossiers. Daarom zou deze nieuwe bewindspersoon bij voorkeur niet onder het Ministerie van Economische Zaken moeten vallen, maar onder een ministerie dat het algemene belang als centraal uitgangspunt heeft, zoals het Ministerie van Binnenlandse Zaken. 

Aanpak digibetisme

Het kennisniveau op het gebied van digitale zaken wordt terecht aangepakt. Zoals we in ons advies aan de tijdelijke commissie Digitale Toekomst al schreven, moeten we met elkaar vorm geven aan digitalisering van Nederland. Een goede kennispositie is daarbij essentieel. Omdat digitalisering over veel meer gaat dan economische activiteiten, kunnen we dit niet aan de markt overlaten. Aanpakken van digibetisme met bibliotheken en gemeentes is goed, maar een publiek-private samenwerking zou daarin niet centraal moeten staan. Betrokkenheid van de maatschappelijke kennis via publiek-civiele samenwerking zou een veel bredere en volledige basis vormen voor kennisontwikkeling. Denk daarbij eerder aan de cultuursector dan aan de industrie.

Er ontbreekt een visie op het integreren van technologische geletterdheid binnen het onderwijs. Zorg voor de algehele versterking van technologie in het curriculum, bijvoorbeeld bij CKV en maatschappijleer. Zorg dat maakvaardigheden onderdeel zijn van de capaciteiten die we nieuwe generaties meegeven.

De uitdaging is niet kwantiteit - een vermeende competitie wie de grootste is - maar kwaliteit: het verkleinen van de ecologische voetafdruk.

Verduurzamen digitale infrastructuur

Er wordt gestreefd naar een koppositie voor Nederland als digitaal knooppunt in Europa. Hierbij wordt voorbijgegaan aan het feit dat Nederland dat al lange tijd is. We hebben een stevige uitgangspositie. De uitdaging is niet kwantiteit, een vermeende competitie wie de grootste is, maar kwaliteit: het verkleinen van de ecologische voetafdruk. De infrastructuur moet verduurzaamd worden en het borgen van publieke waarden in de inrichting van de digitale infrastructuur is essentieel. Met AMS-IX hebben we al laten zien dat het mogelijk is om publieke en private belangen goed in balans te houden. Dit biedt een goed voorbeeld van hoe Nederland ook op opkomende digitale gebieden als databeheer leidend kan worden.

Autoriteit Persoonsgegevens heeft meer geld en breder mandaat nodig

Het verhoogde budget dat nu is voorgesteld voor de Autoriteit Persoonsgegevens baart ons zorgen, omdat het bij lange na niet voldoende is om de achterstanden weg te werken en de essentiële taak die ze vervult in het beschermen van onze persoonsgegevens, een belangrijk grondrecht, goed te kunnen vervullen.

Daarnaast is er meer nodig dan alleen het houden van toezicht op basis van privacywetgeving, zoals het voorstel voor de algoritme-toezichthouder laat zien. Een breder begrip van zelfbeschikking in het digitale domein, wat verbonden is met andere fundamentele mensenrechten, dient gewaarborgd te worden. Het AP toerusten met een breder mandaat vinden we een goede aanpak, maar dan moet dat wel gepaard gaan met realistische financiering die efficiënt en doeltreffend toezicht mogelijk maakt. 

Oprichting toezichthouder algoritmen belangrijk en urgent

Waag was verheugd te lezen dat er een toezichthouder wordt ingericht voor algoritmes. Maar als deze pas in 2026 op volle sterkte is maken we ons zorgen dat dat ‘too little, too late’ zal zijn. De uitwerking van de reikwijdte die deze toezichthouder zal hebben, is belangrijk, zodat bijvoorbeeld alle ingrijpende automatische softwaresystemen binnen hun mandaat vallen. We sluiten ons aan bij de oproep van Amnesty International dat er een wettelijk bindende toets moet komen, die niet alleen toeziet op transparantie en discriminatie in algoritmen, maar breder hun effect op mensenrechten toetst.

Er moet een wettelijk bindende toets komen, die toeziet op transparantie en discriminatie in algoritmen en hun effect op mensenrechten toetst.

Er moet wel voorkomen worden dat met een toezichthouder de aandacht teveel gericht is op het corrigeren van fouten achteraf. Daarom moet ook gekeken worden naar goede voorwaarden rondom algoritmes, bijvoorbeeld door invoering van een landelijk algoritmeregister.

Ten slotte is het van belang te zorgen voor effectief toezicht richting het Rijk, zodat bijvoorbeeld de toezichthouder projecten stop kan zetten of andere maatregelen kan nemen. Boetes voor het Rijk komen in de schatkist van hetzelfde Rijk terecht, zoals de boete van de AP aan de Belastingdienst. Dat is onvoldoende doeltreffend.

Digitale identiteit moet veilig en met behoud van vrijheden geïmplementeerd worden.

Bij alle ambities op het vlak van digitalisering waar het regeerakkoord aan refereert, is een grondig begrip van digitale (online) identiteit een absolute voorwaarde. Dit is zodanig fundamenteel dat een specifieke paragraaf op z'n plaats was geweest. Die vinden we helaas niet in het akkoord. Om de andere ambities op het gebied van digitale mensen- en kinderrechten, algoritme toezicht, publiek digitale ruimten, en meer daadwerkelijk handen en voeten te kunnen geven is besluitvorming en daadkracht nodig - vooral ook op het gebied van digitale en online identiteitsmiddelen. We hopen hierin op een spoedig einde aan de jarenlange besluiteloosheid en doodlopende zoektochten, vaak langs de lijnen van private partijen. Digitale identiteit is geen marktactiviteit. Met sterke en behulpzame richtlijnen uit Europa is het aan de komende regering nu eindelijk werk te maken van een decentrale open-source oplossing onder publiek beheer en met alle benodigde privacy-waarborgen.

Gepubliceerd

Auteur