Do worry be happy sleepnet visual
Waag BY-NC-SA

DO worry, be happy! 'De sleepwet en beperking van gedachtevrijheid'

In de blogserie 'DO worry, be happy!', spreken we met experts uit het veld van technologie, innovatie en ethiek over nieuwe ontwikkelingen. Aan de hand van actualiteiten vragen we hen uit te leggen waarom we ons zorgen moeten maken over de toekomst van technologie in onze samenleving. Maar niet getreurd, we zoeken ook naar de wijze waarop je zelf regie weer kunt nemen. DO worry, maar be happy dus.

Aanleiding

Deze week werd officieel bekend dat we in maart 2018 niet alleen mogen stemmen op onze lokale politieke vertegenwoordigers, maar ook of we het wenselijk vinden dat de overheid ons massaal gaat bespioneren. Een referendum over de ernstig bekritiseerde ‘sleepwet’ behaalde ruim 300.000 benodigde handtekeningen. De wet die stilletjes door de Tweede en Eerste Kamer werd geloodst roept ondertussen erg veel weerstand op. Het zou de overheid in staat stellen in potentie iedereen te kunnen bespioneren en aftappen, zonder dat individuen daadwerkelijk gevaar zouden vormen.  

In deel twee van deze blogserie spreken we met Nina Boelsums, een van de initiatief nemers van het referendum. Samen met vier medestudenten zet zij zich al maanden in voor dit referendum. We vroegen haar waarom we ons eigenlijk best een beetje zorgen moeten maken over deze nieuwe wet.

Wat is hier het probleem?

‘In eerste instantie is wet ontworpen om ook via de kabel informatie te kunnen verzamelen en analyseren. Een update van de oude wet zeg maar. Maar in deze wet zijn een aantal ingrijpende uitbreidingen van bevoegdheden toegevoegd. Zo mogen de inlichtingendiensten door de sleepwet ongericht een heel gebied aftappen voor geautomatiseerde analyse om potentiele terroristen uit te filteren. Daarnaast is de wet ook nog eens heel breed gedefinieerd, om zolang mogelijk mee te kunnen en ook Smart tv’s en andere toekomstige technologie mee te kunnen nemen. Maar hoe zit dat over 20 jaar met onze bionische arm? Naast vrijheid van meningsuiting en persvrijheid zet het ook onze gedachte vrijheid enorm onder druk. Er zal een zogeheten: ‘chilling effect’ optreden. Als mensen weten dat ze worden afgeluisterd en bekeken gaan ze zich anders gedragen. Je zal minder snel gaan googelen naar ‘anarchafeminisme’ als je weet dat een algoritme dat eruit filtert en jouw hiermee op een lijst plaatst. We gaan ons allemaal gedragen als die ‘gewone Nederlander’ die Rutte zo graag ziet. Zonder dat we überhaupt afgetapt worden. Mijn moeder is schrijver, en weet als geen ander dat zelfcensuur de dood in de pot is. Het leidt tot middelmatige teksten vol middelmatige gedachtes. Zelfcensuur is funest voor creativiteit, authenticiteit en experiment.’

Waarom moeten we ons hier druk om maken?

‘Ons online leven is een steeds belangrijker deel van onze identiteit. Jongere mensen hebben een groot deel van hun persoonlijke identiteit online opgebouwd. Zo heb ikzelf bijvoorbeeld vanaf m’n 13e vijf jaar lang op Tumblr gezeten. Dat is gewoon onderdeel van mij geworden. De ‘cyberwereld’ kun je niet meer los zien van de offline wereld. Het feit dat deze inlichtingendiensten nu toegang krijgen tot mijn identiteit is zorgwekkend. Bij jongeren zie je deze urgentie meer.

Daarnaast zie je dat tegenstanders de term massasurveillance niet vinden kloppen omdat je niet door mensen maar een computer wordt gevolgd. Pas als je door de computer als gevaar wordt bestempeld komen er mensen bij te pas. Dit gaat volledig voorbij aan het feit dat deze ‘slimme computers’ een diersoort zijn die we zelf hebben gecreëerd en getraind met onze eigen vooroordelen. De grens tussen mens en computer vervaagt, net als de grens tussen online en offline.’

Zie je een trend op dit gebied?

‘Toen Edward Snowden de klokken luidde was iedereen boos en was de wereld te klein. Vervolgens maakte landen als de VS en Groot Brittannië hun surveillance praktijken legaal via wetten. Daarnaast durven politici zich niet uit te spreken tegen meer surveillance, dat in lijkt te gaan tegen het ‘terroristen pakken’ verhaal. Om nog maar te zwijgen over de gebrekkige digitale geletterdheid van politici. Hun argumenten lijkten vaak gebaseerd op weinig kennis over hoe technologie werkt. Aan de ene kant zie je een verafgoding van de technologie. Data en computers zijn de redding. Aan de andere kant zien deze mensen computers als iets zijn voor bleke mannen met hoodies, waar ze zich niet in durven te verdiepen. Een giftige combinatie van gebrek aan kennis en te veel vertrouwen in technologie.’     

Hoe kunnen we concreet invloed uitoefenen?

‘Allereerst moet iedereen natuurlijk gaan stemmen op 21 maart. Dat is het belangrijkst. Maar we hebben ook mensen nodig die is zich gaan mengen in het debat. Nu zijn dit veelal journalisten, dokters of techsavy mensen, maar het moet duidelijk worden dat dit echt voor iedereen urgent is: van advocaten tot leraren en van schrijvers tot jouw buurman en buurvrouw. Daarom is het ook goed voor jongere generaties om uit te leggen aan hun ouders waarom dit zo belangrijk is. Daarnaast organiseert Bits of Freedom meetings waar je je kan opgeven als vrijwilliger voor de campagne.’

Nina Boelsums studeert Industrieel Design in Eindhoven en is privacy activiste. Ze onderzoekt de rol programmeren in kunst en kijkt naar de interactie tussen technologie en de maatschappij.