Future Talks Waag Futurelab
Waag Futurelab BY-NC-SA

Future Talks: Hoe verbeeld je een andere wereld van werk?

Een nieuw plan voor werk

Hoe zorgen we ervoor dat de banen waar we onze schouders onder zetten, ook bijdragen aan een betere samenleving? Waag Futurelab en journalist-onderzoeker Michiel Zonneveld werken samen aan een nieuw plan voor werk. Welke thema’s moeten aan de orde komen? En op welke manier moet zo’n plan worden opgesteld? In Future Talks #7 ging Waag samen met Tabo Goudswaard (de Sociaal Creatieve Raad) in gesprek met drie kunstenaars. Zij deelden hun ideeën over een nieuw plan voor werk en de rol van de creatieve sector daarin. 

Drie inspirerende invalshoeken

Over één ding waren de drie gasten het eens: dat het dringend nodig is een andere wereld van werk te verbeelden. Een wereld waarin we met arbeid bijdragen aan het herstel van de natuur, de versterking van sociale verbanden en waarin het werk zelf ons voldoening en zekerheid verschaft. Verder kozen ze voor drie verschillende invalshoeken die een ander perspectief op werk kunnen inspireren. 

1.    Maak ruimte voor andere verhalen en perspectieven 

Olga Mink is de curator en directeur van Future of Work. Zij benadrukte dat je manieren moet zoeken die ruimte geven om andere verhalen over onze economie en ons werk te ontwikkelen. Je moet daarom de tijd nemen om na te denken over de uitgangspunten en vooronderstellingen op gebied van werk en economie en niet denken in quick fixes. 

Future of Work organiseerde bijvoorbeeld een festival met als centrale vraag: van wie is de economie? Alle deelnemers konden daarop bij binnenkomst antwoord geven. Op het festival waren hun reacties op een grote installatie zichtbaar. Het was een van de manieren om vanzelfsprekendheden in het economisch denken aan de orde te stellen. Het leidde bij de deelnemers tot fundamentele debatten en inzichten over wie er wel en wie niet van de bestaande economische verhoudingen profiteren. Tijdens het festival werden de deelnemers gevraagd mee te denken over manieren om de bestaande status quo te doorbreken.  

2.    Een plan is als een voorstelling: het is nooit klaar 

Ook Denise Harleman, theatermaker en initiatiefnemer van Collectief Kapitaal, stelde dat het denken in quick fixes een valkuil is; ze leiden namelijk niet fundamentele verandering. Zij benadrukte dat je een concept moet blijven ontwikkelen en ‘oplossingen ter discussie moet stellen’. Net als een voorstelling nooit af is. 

Met Collectief Kapitaal was Harleman zelf ook bijna in die valkuil van de quick fixes gelopen. Collectief Kapitaal richt zich op een samenleving ‘waarin geen mens hoeft te vechten voor zijn bestaan’. Aanvankelijk was het een experiment waarbij je kon doneren om vijf mensen gedurende acht maanden een basisinkomen van ongeveer 1000 euro te garanderen. De vraag was wat het effect op die groep zou zijn. Maar Harleman worstelde met het probleem dat met die gift niets fundamenteel verandert. De scheiding tussen gever en ontvanger bevestigt immers de bestaande machtsverhoudingen. Er wordt daarom nu aan deelnemers gevraagd om meer te doen dan te doneren, bijvoorbeeld om met anderen te onderzoeken wat solidariteit echt inhoudt. Harleman: “Het doel is een collectieve vuist maken om het systeem te verbeteren en elkaars lot weer echt aan te trekken” Moet dat leiden tot concrete voorstellen? “Het zou wat mij betreft ook kunnen leiden tot een rondreizende voorstellingen. Maar het belangrijkste is dat de uitkomsten niet vast hoeven te liggen.”

3.    Kunst als motor van een dieper gesprek met aandacht

Alev Kutluer, één van de oprichters van de theatergroep en productiehuis De Vlammende Eend, ziet hoe kunst bestaande tegenstellingen weet te overbruggen en onverwachte verbindingen legt.

campagnebeeld De vlammende eend, onder de rook van de hoogovensdoor Anne Reinke
Onder de rook van de hoogovens, voorstelling van de Vlammende Eend. Foto: Anne Reinke.

Samen met de schrijver Christine Otten maakte zij de voorstelling Onder de rook van de Hoogovens. De voorstelling ging over de strijd tussen een vader die al zijn hele werkzame leven in de staalfabriek werkt en zijn studerende zoon die zich tot een radicale milieuactivist ontwikkelde. Aan het schrijven en ontwikkelen van het gesprek gingen vele gesprekken met Tata-werknemers, bewoners uit de omgeving en milieuactivisten vooraf. De ambitie was om alle relevante stemmen te horen. Het bijzondere is dat zowel de Tata-medewerkers als de activisten zich in de familiegeschiedenis herkenden, vertelde Kutluer. Dat leverde geen concrete oplossing op, maar legde wel de basis voor een dieper gesprek dat voorbij de scherpe tegenstellingen gaat. Het mooie was dat het theater om een ander soort aandacht vraagt; je gaat er echt voor zitten. Dit creëert ruimte en begrip voor alle gevoelens die er spelen. Kutluer: “Je merkte dat de voorstelling een uitstekend middel was om met elkaar in gesprek te komen.” 

Hoe verder?

Het vormgeven aan een nieuwe wereld van werk vraagt op de eerste plaats verbeeldingskracht. Ontwerpers en kunstenaars spelen een belangrijke rol in het onderzoeken en ontwerpen van alternatieven voor de toekomst van hoe we werken. Maar ook de manier waarop we daar komen heeft veel baat bij een andere aanpak. Als we ruimte maken voor andere perspectieven, onszelf blijven uitdagen om te ontwikkelen en aandacht hebben voor het gesprek, dan komen we tot hele nieuwe ideeën voor de toekomst van ons werk. Deze drie lessen nemen Waag en Michiel Zonneveld mee in het vormen van een nieuw plan voor werk. De komende maanden spreken we professionals uit verschillende vakgebieden om de ontwikkeling van het plan vorm te geven.

Heb je naar aanleiding van deze blog suggesties of ideeën? 
Stuur die dan naar: Sylke [at] waag [dot] org.

Over het project Nieuw plan voor werk

Op dit moment werken Waag Futurelab en journalist en schrijver Michiel Zonneveld samen met de Goldschmeding Foundation aan een nieuw plan voor werk. Daarvoor interviewen we leiders uit de vak – en milieubeweging, ondernemers, vertegenwoordigers van burgerinitiatieven en andere deskundigen.

De verkenning is een vervolg op het boek Plan van de Arbeid van Michiel Zonneveld. Dat boek gaat over het Plan van de Arbeid van 1935 dat na de Tweede Wereldoorlog een grote invloed had op de economische sociale politiek in Nederland. In het boek wordt de vraag opgeroepen of er in deze tijd niet opnieuw behoefte is aan een plan dat de richting voor de komende tientallen jaren uitzet en een antwoord biedt op de ecologische en sociale vragen waarmee we worstelen.