Op 18 november zond de KRO in Brandpunt de reportage 'Bellen tegen elke prijs' uit, over de winning van tin op het eiland Bangka (Indonesië, ten oosten van Sumatra). De tin uit Bangka wordt gebruikt als soldeer en is een noodzakelijke grondstof voor veel elektronische apparatuur. Met de explosieve verkoop van tablets, smartphones en plasmaschermen is de race om schaarse grondstoffen zoals tin pas echt begonnen, want de plekken waar tin in de grond zit zijn beperkt. En op die plekken eist het nu zijn tol. Bangka, het tropische eiland met haar witte zandstranden, wordt omgeploegd tot maanlandschap. Overal zie je modderige landschappen vol grote kraters en sterk vervuilde meertjes. Hella van der Wijst over hoe de vraag naar moderne apparatuur zijn tol eist duizenden kilometers over zee.
We hebben aan deze uitzending meegewerkt door te laten zien wat er allemaal in een mobieltje zit. Jorn Dost, die stage loopt bij Waag, vertelt hierin over de waardevolle grondstoffen in mobiele telefoons en haalt en passant een mobieltje uit elkaar. In een mobiele telefoon zitten meer dan 30 verschillende grondstoffen. Veel van deze grondstoffen zijn schaars of worden onder erbarmelijke omstandigheden gewonnen.
Gemiddeld hebben mensen zo’n drie à vier oude telefoons in een lade liggen. Voor ieder nieuw mobieltje worden nieuwe grondstoffen uit de grond gehaald, terwijl er een grote slapende voorraad aan grondstoffen bij ons thuis ligt. Waar het op aan komt is een nieuwe vorm van grondstoffen winnen: urban mining, waarbij de grondstoffen op een goede manier hergebruikt kunnen worden. Op dit moment belanden de meeste mobieltjes nog via diverse e-waste routes in China of Afrika, waar de belangrijkste (lees: meest waardevolle) grondstoffen op primitieve wijze uit het afval worden gehaald. Hierbij is doorgaans sprake van kinderarbeid, zeer slechte werkomstandigheden en een aanzienlijke millieuvervuiling.