Drie weken terug schreef ik hoe ik een stapel inzageverzoeken verstuurde naar verschillende (semi)overheidsinstellingen zoals de belastingdienst, de Sociale Verzekeringsbank en de politie in een poging erachter te komen wat de overheid precies over mij weet. Op grond van de Wet bescherming Persoonsgegevens heb ik namelijk het recht om een volledig en begrijpelijk overzicht te krijgen van de gegevens die van mij worden opgeslagen. Van de in totaal 18 bevraagde instanties hebben er nog maar vijf gereageerd, maar ze hebben nog een week de tijd om binnen de wettelijke termijn van vier weken te blijven.
Terwijl ik wacht op mijn gegevens ben ik alvast online op zoek gegaan naar persoonlijke data, te beginnen bij de website mijn.overheid.nl. Deze website biedt de mogelijkheid om een aantal persoonlijke gegevens in te zien, waarvoor je enkel dient in te loggen met je DigiD. Naast onder andere gegevens uit de Gemeentelijke Basisadministratie en het Digitaal Klantdossier (over werk en inkomen) vind je hier links naar enkele andere overheidswebsites zoals die van DUO, het Donorregister en de Belastingdienst. Meestal kun je je gegevens via deze pagina's inzien en wijzigingen doorgeven. Handig, maar het biedt nog lang geen compleet overzicht van wat de overheid allemaal van mij weet.
Een verdere zoektocht op internet leert dat ik zo een overzicht ook niet snel ga vinden. De overheid kent zoveel verschillende sectoren en verwerkt zoveel gegevens dat het de eigen databases niet eens meer kent. Alleen al het aantal databanken dat in de zorg gehanteerd wordt is bijna niet bij te houden, laat staan in combinatie met sectoren als onderwijs en sociale zekerheid. Hoe moet ik er dan ooit achter komen in welke databases mijn gegevens precies staan?
Maar misschien moeten we wel blij zijn dat persoonlijke data zo versnipperd worden opgeslagen. Zo is onze overheid in elk geval nog geen almachtig, NSA-achtig monster dat alle gegevens van haar burgers opslurpt en vervolgens centraal opslaat. We moeten echter wel oppassen voor de huidige trend naar centralisatie. Data uit verschillende sectoren worden steeds vaker gekoppeld waardoor er nieuwe data ontstaan waar exponentieel meer uit te herleiden valt.
De organisatie die zich hier vaak schuldig aan maakt is de Belastingdienst. Haar opsporingsdienst, de FIOD, is een machtig orgaan dat steeds verder wil gaan in de bestrijding van fraude. Door het combineren van data uit verschillende bronnen en te zoeken naar verbanden en structuren stellen ze risicoprofielen op van potentiële fraudeurs. Dit automatisch zoeken in een uitgebreide gegevensverzameling wordt ook wel 'datamining' genoemd, wat dezelfde methode is die gebruikt wordt voor de opsporing van terroristen.
In feite is dit omgekeerd recherchewerk. In plaats van een concrete verdenking waar zoveel mogelijk data omheen wordt gezocht, wordt er nu van tevoren zoveel mogelijk data verzameld waarin gespeurd wordt naar iets verdachts. Op die manier wordt iedereen als een verdachte beschouwd, totdat het tegendeel bewezen is. Bovendien is er het gevaar dat er uit al deze data verkeerde conclusies getrokken worden. Zelfs al zou de FIOD in 99% van de gevallen met haar verdenkingen correct zijn (wat onwaarschijnlijk hoog is), dan nog levert dit op een bevolking van miljoenen een hoop 'false positives' op: mensen die ten onrechte als fraudeur worden bestempeld. Met alle vervelende gevolgen van dien.
Ik maak mij zorgen over deze groeiende honger naar persoonlijke data. Hoe moet ik de overheid vertrouwen als de overheid haar eigen burgers niet vertrouwt? Ik kan er niet blind vanuit gaan dat de overheid altijd correct met mijn gegevens omgaat. Zeker niet nadat ik als reactie op mijn inzageverzoek van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen een overzicht van mijn persoonsgegevens ontvang waarin stond dat ik op 24-04-1949 geboren zou zijn in plaats van 03-02-1989. Dat zou dus betekenen dat ik over twee maanden met pensioen mag. Waarschijnlijk een onhandige typefout, maar toch niet bepaald netjes van de officiële instantie die gegevens verstrekt aan mijn pensioenfonds. Overheden maken ook fouten, en dus is een beetje wantrouwen wel terecht. Ik ben benieuwd wat er in de loop van dit project nog meer naar boven komt, als ik meer data heb opgespoord en met experts gesproken heb.