In geen enkel Amsterdams stadsdeel speelt maken zo’n grote rol als in Amsterdam-Noord. Waag onderzocht hoelang 100 makers uit Noord in hun werkplaatsen mochten blijven. Daaruit blijkt dat de helft van de maakbedrijven Noord binnen vijf jaar moet verlaten. Voor een kwart is het nog onduidelijk wanneer, maar dát ook zij weg moeten is een feit. Zo verliest Noord haar lokale makers en reparateurs, maar ook haar typische industriële karakter.
Waag Futurelab wil door het behouden van lokale makers en reparateurs een bijdrage leveren aan de circulaire toekomst en levendigheid van Amsterdam. Amsterdam streeft naar het halveren van het gebruik van nieuwe grondstoffen per 2030, lokale makers kunnen hier een cruciale rol in spelen. Daarom bracht Waag de uitstroom van makers in kaart om te laten zien op welke termijn makers en reparateurs Noord moeten verlaten. Van de 100 onderzochte bedrijven verlaat de helft hun werkplaats binnen vijf jaar.
Het karakter van Amsterdam Noord
De voormalige fabriekshallen van Buiksloterham, maar ook arbeiderswoningen en de droogdokken van de NDSM-werf liggen in dit Amsterdamse stadsdeel gemoedelijk naast elkaar. Er wordt volop gewerkt en geklust, lokaal gemaakt en gerepareerd. De NDSM-loods bruist en de Zamenhofstraat staat bekend om zijn bedrijvigheid. De combinatie van wonen en maken geven Noord haar karakter. De oude, industriële panden hebben een tweede leven gekregen toen een nieuwe generatie maakbedrijven hun intrek in deze panden nam. Van schoenmakers tot staalbewerkingsbedrijven en van meubelmakers tot botenbouwers. Met het naderende vertrek van deze bedrijven verandert het karakter van Noord in rap tempo. Van een stadsdeel waar maken en wonen samengaat, stevent Noord nu af op een stadsdeel met een sterke focus op wonen en recreëren.
Het onderzoek en uitkomsten
Waag doet binnen het Europese project Centrinno onderzoek en richt zich op het behouden van kleine tot grote maakbedrijven in de stad. Een van de doelen van Centrinno was om de uitstroom van maakbedrijven in kaart te brengen. Over een periode van bijna een jaar zijn er rond de honderd makers en reparateurs geïnterviewd. Een maker verlaat vaak niet vrijwillig diens werkplaats. Veelgehoorde aanleidingen zijn het aflopen van huurcontracten, de aangekondigde sloop van werkruimten of een uit de pan rijzende huur. Maakbedrijven zien geen of weinig mogelijkheid om nieuwe werkruimtes binnen de ring te vinden. Vaak betekent het vertrek van een maakbedrijf ook het verlies van een lang opgebouwde klandizie of erger, de sluiting van het bedrijf. Uit Noord willen de makers en reparateurs zelf niet weg. Ze voelen zich sterk verbonden met het stadsdeel. Een maker vertelt dat het voelt alsof de gemeente Amsterdam actief bezig is met het wegwerken van maakbedrijven.
De resultaten van het onderzoek zijn gevisualiseerd op een kaart en geeft de uitstroom van maakbedrijven uit Noord weer. De geïnterviewde bedrijven zijn direct benaderd of komen uit het netwerk van Waag. De kaart legt de nadruk op de vertrekdata van de makers.
Weinig deuren in de stad staan al zo lang open
Banden uitlijncentrum Sabri is een van de maakbedrijven die weg moet. Wanneer is nog onduidelijk, want een concrete vertrekdatum heeft het bedrijf nog niet. ‘Het kan volgende maand zijn of eind dit jaar,’ vertelt Bouchaib Sabri. Banden uitlijncentrum Sabri ligt naast de NDSM-werf. Het bedrijf moet plaatsmaken voor woningtorens. In de nieuwbouwplannen staat niks over bedrijven in de plinten of werkruimten op de onderste verdiepingen. Hierdoor valt dit bedrijf tussen wal en schip. De eigenaar van het pand heeft laten weten dat er in de nieuwe plannen geen ruimte is gereserveerd voor bedrijven. Hierdoor zou Sabri zijn werklocatie en bedrijf zomaar kwijt kunnen raken. Met een tekort aan betaalbare werkruimtes in Noord en de rest Amsterdam is het lastig om een nieuwe werkruimte te vinden die betaalbaar, groot genoeg of goed gelegen is. Afgezien van het feit dat bandenuitlijncentrum Sabri zijn lokale klandizie dreigt te verliezen, laat hij weten zich ook ongehoord te voelen. Tussen de opschietende woontorens blijven de makers verweesd achter.
Afgezien van de vraag of Sabri terug kan komen of een werkruimte kan vinden is er nog een probleem: de onzekerheid. Sabri kan net als vele andere maakbedrijven, elke maand te horen krijgen dat hij zijn werkruimte moet verlaten. Hij heeft niets om op terug te vallen. Hoewel er in de onderste verdiepingen van veel nieuwbouw ruimte vrij wordt gehouden voor bedrijven, zijn deze werkplekken voor veel makers te prijzig. De maakbedrijven kunnen in hun huidige werkruimtes blijven tot de start van de nieuwbouw. Met maandelijks opzegbare contracten kunnen makers toch nog gunstig in Noord blijven, maar dat creëert ook instabiliteit. Makers kunnen en willen niet investeren in de toekomst vanwege deze onzekerheid. Dit is jammer omdat lokaal maken en repareren belangrijk is voor de toekomst van Amsterdam als stad.
Maakschap Amsterdam
Onder de noemer van Maakschap Amsterdam slaan belangenorganisaties en makers nu de handen in een. Het verbond strijdt voor betaalbare werkplekken in Amsterdam. Maakschap Amsterdam organiseert evenementen en rondetafelgesprekken om makers met elkaar te verbinden en in gesprek te gaan met betrokken partijen. Meer informatie over deze bijeenkomsten zijn te vinden op de website van Maakschap Amsterdam.
Op woensdag 4 oktober 17:00 - 19:30 uur organiseert Maakschap Amsterdam een eerste rondetafelgesprek. Meld je hier aan!
Over Centrinno
Samen met Pakhuis de Zwijger en het Hout- en Meubileringscollege onderzoekt Waag in het project Centrinno wat makers voor de stad betekenen en kunnen betekenen. Hoe zorgen we dat makers in Amsterdam-Noord hun maakplaatsen kunnen behouden, terwijl er steeds meer woningen gebouwd worden? Hoe kunnen maakplaatsen juist samengaan met hun buurten, en kunnen makers en bewoners iets voor elkaar betekenen?