TCBL
Waag BY-NC-SA

Tijd voor de overdracht!

Na twee zomeracademies in de Waag de afgelopen jaren, werd een derde zomeracademie dit keer georganiseerd op locatie! Eerdere deelnemers van het Hout- en Meubileringscollege (HMC) maakten samen met Waag het programma en deelden hun opgedane kennis en ervaring met collega’s.

Opkomende technologieën, de toegankelijkheid van online informatie en prangende vragen over duurzaamheid veranderen de maakpraktijk, de rol van de makers en hun manier van denken. Hoe ga je als docent in het maakonderwijs om met nieuwe machines, (open) software, materialen, beschikbare informatie en veranderde maakprincipes? Moet je steeds het nieuwste leren om dat vervolgens over te kunnen dragen, of gaat het om een verschuiving van het overdragen van kennis naar het faciliteren van leerlingen en hun leerproces? En hoe navigeer je zelf als docent door een snel veranderende maakpraktijk?

Het HMC is bij uitstek een vakmanschool die al langere tijd werkt aan het innoveren van hun onderwijs. Zij werken hard hun maakonderwijs en opleidingen toekomstbestendig te maken. De laatste paar jaar doen digitale fabricage, specifieke machines en software, de maakmentaliteit en een meer experimentele en onderzoekende houding dan ook hun intrede. Een nieuw vak Nieuwe Technieken werd ontwikkeld en op beide HMC-locaties werden, geïnspireerd door ons Fablab, spiksplinternieuwe labs geopend met de nieuwst machines en materialen!

Aan de eerste zomeracademie deden twintig pionerende docenten mee. Een jaar later maar liefst 40 docenten. Vier dagen lang gingen zij aan de slag in het Fablab en het TextileLab op de Nieuwmarkt en kropen zij weer even in de rol van de leerling. En deze derde editie afgelopen zomer vond dus niet plaats op de Nieuwmarkt, maar op de twee HMC-locaties in Rotterdam en Amsterdam! Op beide locaties deden 25 docenten mee wat betekent dat Waag in totaal 110 docenten heeft begeleid in de kennismaking met de maker movement en mindset, digitale fabricage, nieuwe vormen van samenwerken en een experimenterende houding!

Ook deze twee weken waren hun eigen maakprojecten het uitgangspunt, werkten zij samen en experimenteerden zij met lasersnijders, 3D-printers, bio-plastics, CNC-freesmachines, Rhino, borduurmachines en Arduino. Bevindingen werden gedeeld op een wiki en iedere dag werden bevindingen, frustratie, overwinningen en de leercurve kort gedeeld. En ook de gastsprekers waren dit keer onderdeel van het programma. Bas Overvelde ontwikkelt zogenoemd meta-materiaal. Door de vorm van het materiaal te veranderen, verandert hij de eigenschappen. Zijn lezing eindige met een workshop origami! Volgens Abel Groenwolt wordt er in het gebruik onvoldoende uitgegaan van de eigenschappen van materiaal. Hij werkt onder andere samen met biologen om op ideeën te komen en te zien hoe verschijnselen in de natuur vertaald kunnen worden naar constructies voor paviljoens bijvoorbeeld.

Maaike Rozenburg sloot met haar presentatie aan op de discussies over vakmanschap in combinatie met nieuwe technieken. Volgens haar moet je juist je ambachtelijke kennis inbrengen om met bepaalde machines werkelijk te kunnen innoveren. Een werkbezoek aan onder andere de Merwevierhavens onder leiding van Tanja Koning van Future Flux Festival deed veel stof opwaaien over het hergebruik van materiaal binnen het HMC en restmateriaal nemen als uitgangspunt voor een ontwerp. “Vaak wordt gedacht vanuit een ontwerp en wordt daar een materiaal bijgezocht. Als je uitgaat van het afvalmateriaal, beïnvloedt dat je ontwerp- en maakproces.”

De docenten gingen in groepjes aan de slag met vooraf geformuleerde opdrachten. In Rotterdam stortte een groep zich op het maken van bio-plastics en het verkennen van verschillende machines. Hun experimenten kwamen uiteindelijk samen in een tas: ‘tassie van mij’. Ook de mogelijkheden van de spiksplinternieuwe CNC-freesmachine werden uitgebreid verkend. “Hij doet het!”, hoorde we een van de docenten uitgelaten roepen. In Amsterdam werden in een van de groepjes harde materialen (hout) door bewerkingen met de lasersnijder soepel gemaakt, en werden zachte materialen (textiel) met onder andere bio-plastics stevig gemaakt. Een van de groepen begon met het 3D-scannen van een object om dat vervolgens 3D te kunnen printen of tot een 2D-patroon te kunnen maken in Rhino. Een van de docenten concludeerde aan het einde van de week: “We gaan met een ambachtelijke manier met de machines om hier op het HMC.”

We zijn als Waag trots dat we een bijdrage hebben kunnen leveren aan onderwijsvernieuwing op een waanzinnig mooie school en kunnen niet wachten  om zelf een volgende keer een zomeracademie te volgen in één van de HMC-labs!

Metadata