Oude Kerk
Waag BY-NC-SA

Van Hololens tot een betekenisvolle publiekservaring

Met een Hololens in de Amsterdamse Oude Kerk de beeldenstorm herbeleven. Op je smartphone de bouwgeschiedenis van de Oude Kerk vanaf 1300 tot 2019 met een simpele 'swipe'reconstrueren. De mogelijkheden lijken grenzeloos. Maar wat voegt het nu echt toe aan de beleving van een locatie? Welke lessen moeten we trekken? En hoe gaat de museale en erfgoedsector om deze nieuwe technologie?

Samen met de Oude Kerk heeft Waag afgelopen maanden een aantal mixed reality concepten ontwikkeld, getest en onderzocht. Niet alleen met de vraag hoe deze technologie op locatie werkt, maar ook hoe deze in te zetten voor een betekenisvolle publiekservaring die voortbouwt op de visie van een museum of erfgoedinstelling. Ook is hierin gekeken naar de rol van de museumprofessional en welke vaardigheden hiervoor nodig zijn.

Met deze vragen gingen een aantal experts uit de sector in de Oude Kerk recentelijk met elkaar in gesprek. Maar niet nadat ze zelf met de Hololens de verdwenen katholieke sfeer in het hoogkoor beleefden en het bescheiden gebedshuis uit de 13e eeuw konden zien ontwikkelen tot grootste kerk van Amsterdam. Na deze demo’s te hebben ervaren kwamen de relevante vragen snel naar boven.

De publiekservaring

Mixed reality (MR) kan op verschillende manier ingezet worden in een erfgoed/museale context. Je kunt MR gebruiken om extra informatie te delen, maar ook om juist een ervaring of een beleving te versterken. Waar je voor kiest is afhankelijk van je uiteindelijke doel. Vaak hebben erfgoedprofessionals voorkeur voor een nauwkeurige weergave van de geschiedenis. Dit is veelal een kostbaar en tijdrovend proces en lang niet altijd de enige optie. Het gebouw van de Oude Kerk met de 'littekens' van de beeldenstorm leent zich erg voor een meer associatieve insteek. Het publiek verwacht echter vaak ook de feiten en een duidelijke 'stem' vanuit een erfgoedinstelling. Duidelijk is dat vooraf goed moet worden bepaald welk doel de nieuwe technologie kan dienen, om zo als betekenisvolle beleving te kunnen worden ingezet.

Nieuw medium

Het is belangrijk om te begrijpen wat de specifieke kwaliteiten van een bepaald medium zijn om deze juist in te zetten. Daarnaast is het 'onzichtbaar' maken van de technologie soms noodzakelijk om de beleving juist over te brengen en het niet te nadrukkelijk over de technologie zelf te laten gaan. Tenzij je de technologiefascinatie of de impact van de technologie het onderwerp wil laten zijn.

Wiel opnieuw uitvinden

Soms lijkt het alsof de erfgoedsector achter ligt bij de acceptatie van technologische toepassingen. Aan de andere kant kan de sector hier ook haar voordeel mee doen. Veel onnodige stappen in de ontwikkelingen van deze technologieën en de toepassingen daarvan kan je overslaan omdat deze al door andere sectoren zijn getest en uitgeprobeerd in verschillende contexten. Zo zijn er al tal van voorbeelden in de kunst en in de zorg- en gamingsector, het wiel hoeft niet opnieuw worden uitgevonden.

Interdisciplinair werken

In een ontwerpproces zijn (altijd) verschillende disciplines betrokken (contentspecialisten, grafisch ontwerpers, softwareontwikkelaars, etc.) en in het geval van het ontwerpen van een MR-ervaring is het modelleren van 3D-content een groot deel, waar ook weer de vraag gesteld moet worden hoe deze content bijdraagt aan de beleving. Daarnaast is het in een ontwerpproces altijd van belang in dialoog met je publiek te blijven. Zeker als je aan de slag gaat met nieuwe technieken/nieuwe contexten. De 'confrontatie' met de werkelijkheid levert altijd nieuwe inzichten op.

Hoe nu verder?

De Oude Kerk gaat kijken hoe deze demo’s in te zetten voor hun publiek. Waag gaat graag verder met het onderzoek naar wat deze nieuwe technologieën kunnen betekenen voor erfgoedprofessionals en welke vaardigheden zij moeten ontwikkelen om tot een betere vraagarticulatie rond nieuwe technologieën te komen. Het zou interessant kunnen zijn om een product (software/hardware/interactiemodellen) te ontwikkelen waarmee de sector makkelijker zou kunnen experimenteren. Je ziet dat dit soort demo’s en experimenten goed werken om concreter begrip te krijgen van de impact van de inzet van nieuwe technologie op locatie.

Goed om te onthouden is dat het bij de adoptie van nieuwe technologie niet alleen gaat om de middelen, maar ook om de vaardigheden. Enerzijds kan de angst voor technologie een sector verhinderen eigen vragen te ontwikkelen, wat pleit voor een meer hands-on en open benadering van de technologie, maar anderzijds geldt voor MR hetzelfde als bij de brede adoptie van bijvoorbeeld videocamera’s: iedereen kan een videocamera gebruiken, maar niet iedereen kan zomaar een mooie film maken. Kennisdeling en gezamenlijke expertise-ontwikkeling, ook voor iets wat in sommige sectoren al een geaccepteerde technologie lijkt zoals MR, is belangrijk om de eigenheid van het medium volledig uit te kunnen buiten.

Deze blog kwam tot stand met input van Merel Boes en Dick van Dijk.