Open Planbureau
Waar huidige modellen ophouden, rekende het Open Planbureau verder. Hier stond 'de commons' centraal: het coöperatieve model voor het beheer van stad, land en data. De nieuwe politiek gaat over de commons, de gedeelde basis van ons bestaan waar samenwerking en wederkerigheid de kernkwaliteiten zijn.
Verkiezingen van 2017
Hoe meten we de effecten van de politieke partijprogramma’s? Traditioneel is het het CPB dat de wensen en ideeën doorrekent. Maar zijn de modellen die het CPB gebruikt nog wel up-to-date? Kun je een probleem oplossen met hetzelfde systeem waarin het is gecreëerd? Blijven we rekenen op eindeloze groei en heilzame marktwerking, of verleggen we onze focus? Het Open Planbureau rekent door waar de huidige modellen ophouden.
We belegden in de aanloop naar de verkiezingen van 2017 een aantal bijeenkomsten, waarin het publiek werd uitgenodigd om mee te rekenen en samen vorm te geven aan het Open Planbureau. Welke gegevens hebben we al, welke moeten we nog boven tafel krijgen? Hoe scoren we de verkiezingsprogramma’s en wat zijn onze bevindingen?
De afgelopen paar jaar waren we – buiten Nederland – getuige van de opkomst van een aantal politieke bewegingen zoals we die niet eerder hebben gezien. Het Spaanse Podemos, de IJslandse Piratenpartij en democratische uitdager Bernie Sanders in de VS zijn slechts de voorlopige hoogtepunten. Deze bewegingen willen niet simpelweg meer loon en lusten voor de burger volgens een oud, ‘links’, recept. Ze willen zelfmanifestatie: de mogelijkheid van burgers om de samenleving en de economie te ‘maken’.
De nieuwe activisten zien in dat de politiek de macht heeft verloren aan het geglobaliseerde kapitalisme. Terwijl topbestuurders zich vergapen aan ‘startups’ en ‘financiële innovaties’ groeit de ontevredenheid over de democratie, verdwijnen er banen, slibben de oceanen met plastic dicht en stromen de winsten naar Panama. De politiek kan het niet meer alleen oplossen: het tegengaan van de financialisering van de economie en het openbare leven; macht over technologie terugwinnen, van je smartphone tot nieuwe strijdtonelen zoals de blockchain; geen fnuikende octrooien op zaaigoed en belangrijke, groene technologie; het definitief regelen van open access tot publiek gefinancierde kennis.
Daarom moet het anders. Onttrokken aan het professionele oog, maar herkenbaar voor vrijwel iedereen, is het toegenomen bewustzijn dat onze welvaart afkomstig is van een groot en divers gemeengoed. De nieuwe politiek gaat over de commons, de gedeelde basis van ons bestaan waar samenwerking en wederkerigheid de kernkwaliteiten zijn. De commons tonen ons zowel de plekken waar het nu ernstig fout dreigt te gaan – intellectueel eigendom, arbeidsverhoudingen, de natuur – als waar de kansen liggen om het tij te keren. Denk aan zelfbestuur, burgercoöperaties en lokale productie. Denk aan nieuwe businessmodellen die de opbrengsten niet afromen, maar herinvesteren – breed, in de maatschappij. Of decentrale productie, onafhankelijk van tussenpersonen, vreemd vermogen en een dure merknaam. Onze hulpbronnen, kennis en voorzieningen moeten duurzaam toegankelijk zijn voor iedereen.
Deze nieuwe politiek is op zoek naar nieuwe, wederkerige waardecreatie; de kracht van het klein bloeiende gemeengoed, in plaats van potsierlijke, tijdelijke winnaars zoals Wilders, AirBnB en Shell. Het Open Planbureau bood een plek om dit urgente perspectief verder in te vullen en aan een instrumentarium te bouwen.